Dat wat ik ben
Nisargadatta Maharaj
Alles is bewustzijn, en dat is wat we zijn, op dit moment. De vorm wordt geboren en gaat dood, maar wat was je voordat deze vorm ontstond? Dat is wat je werkelijk bent en wat Nisargadatta vaak ‘Ik Ben’ noemt. Hierin kun je je stabiliseren als je je bevrijdt van je gehechtheid aan allerlei concepten.
De kern van de leer van Nisargadatta Maharaj, een van de grootste advaita-leraren van het moderne India, is op een bepaalde manier makkelijk te bevatten.
Makkelijk als we bereid zijn om volslagen eerlijk te zijn tegenover onszelf en om de concepten van anderen op te merken waarmee we onze eigen gevangenis hebben opgebouwd. Maar het kan buitengewoon moeilijk zijn om op onderzoek te gaan omdat we erg gehecht zijn aan onze concepten. We willen ze niet opgeven. Alleen als het verlangen om te weten een brandend verlangen is, zetten we door.
Vanuit de hele wereld kwamen mensen naar Nisargadatta Maharaj voor begeleiding. Dit boek is een schriftelijke weergave van gesprekken die hij in 1980 en 1981 voerde, totdat hij op 8 september 1981 op 84-jarige leeftijd aan keelkanker overleed. Hij onderwees in die laatste periode alleen de hoogste waarheid en liet alle bijzaken weg.
Reacties van lezers:
‘Nadat ik het boek Ik ben had gelezen, wilde ik nog wat meer van Nisargadatta lezen. Dit boek staat vol met vragen die ik zelf aan Maharaj had willen stellen. Zijn antwoorden op de vragen zijn iets uitgebreider en makkelijker te begrijpen voor een eenvoudige geest als ik. Heel diepgaand en aangrijpend.’
‘Ik kan maar twee bladzijden achter elkaar lezen. Maharaj zet voortdurend iedere voorstelling, iedere overtuiging op zijn kop. Het gaat diep en ik moet het langzaam laten bezinken. Een geweldig boek, een juweel.’
Nisargadatta Maharaj
Maharaj: Al je wereldse en niet-wereldse activiteiten zijn gebaseerd op je identificatie met een individu. Je wilt als individu bevrijding bereiken. Je blijft als een individu, dat is de moeilijkheid.
Hoeveel je misschien ook denkt te hebben begrepen, zolang als je denkt dat jij, als individu, deze kennis hebt verworven, is de individuele identiteit er nog steeds(…)
Je moet beide aspecten van dit zijn begrijpen, deze nederige fysieke natuur waaruit het is voortgekomen, en het feit dat er tegelijkertijd geen grens is aan wat dit bewustzijn kan doen, hoewel deze staat van nature beperkt is. Hoe kan iemand die zijn ware aard en het hele potentieel ervan beseft, tevreden zijn met wat deze beperkte staat hem kan geven?
Het potentieel van gegrond zijn in het Absolute is bovendien zo groot dat mensen zich niet voor kunnen stellen hoe het zou zijn in het Absolute, hoe dat is – daarom kunnen ze zichzelf alleen maar voorstellen in hun staat van bewustzijn.