–
‘De enige continuïteit is het zelf. Al het andere komt op om vervolgens weer te verdwijnen.’
‘De enige continuïteit is het zelf. Al het andere komt op om vervolgens weer te verdwijnen.’
Jan Koehoorn geeft sinds 1999 lezingen over zelfonderzoek in de traditie van de advaita vedanta. Zijn leraar was Alexander Smit, die op zijn beurt weer leerling was van Shri Nisargadatta Maharaj.
Jan Koehoorns eerste kennismaking met advaita was een boek van Wolter Keers, de nestor van advaita in Nederland. Jan werd meteen getroffen door de helderheid waarmee Keers over zelfonderzoek schreef. De vooroordelen die hij over spiritualiteit (zweverig, stemmingmakerij) had werden meteen van tafel geveegd: ‘Wat me opviel bij advaita,’ aldus Jan Koehoorn, ‘was dat nergens een beroep werd gedaan op mijn goedgelovigheid. Ik werd uitgenodigd om voor mezelf te kijken. Mijn leraar Alexander zei altijd: “Het is zelfonderzoek, geen anderen-onderzoek”.’
Jan volgde drie maanden lang bijeenkomsten (satsangs) bij Alexander Smit. Dat bleek voldoende. Zes jaar later begon hij online teksten te publiceren. Regelmatig werd hem gevraagd wanneer hij zelf een boek ging schrijven. ‘Als de tijd rijp is,’ was steevast zijn antwoord. En Jan hield woord, want zijn boek Zelfonderzoek verscheen.
‘Het waarnemen zelf is voldoende. Als je een neiging of verlangen ziet, is de herkenning genoeg. Het heeft niets te maken met zogenaamd “loslaten”. Je kunt namelijk niet eens meer iets vasthouden als je dit ten diepste beseft. Een neiging komt langs en verdwijnt. De enige continuïteit is het zelf. Al het andere komt op om vervolgens weer te verdwijnen.’
Boeken